In juni 2018 werd de man betrapt op het vasthouden van zijn telefoon tijdens het rijden. Hij kreeg een boete van € 230,-, maar was het hier niet mee eens. De man gaf aan dat hij beide handen aan het stuur had en dat zijn telefoon rustte op het middengedeelte van het stuur (tussen zijn handen in). Volgens de agent hield de automobilist zijn telefoon in zijn rechterhand.
De automobilist, die de boete ontving, heeft een foto laten zien van de manier waarop hij zijn telefoon gebruikt. De kantonrechter wees de verdediging echter af, die daarop in hoger beroep ging. Volgens het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is de term ‘vasthouden’ in artikel 61a breder bedoeld dan alleen in de hand houden. Een mobiel tussen oor en schouder klemmen, aan de pols bevestigen en achter hoofddoek plaatsen vallen hier bijvoorbeeld ook onder.
Het hof oordeelt dat de actie van de automobilist evenmin onder de regeling uitkomt. De telefoon blijft namelijk niet uit zichzelf staan wanneer er aan het stuur gedraaid wordt. Hierdoor moet de bestuurder tijdens het autorijden fysiek bezig zijn met zijn mobiele telefoon en kan hij automatisch minder goed noodzakelijke verkeershandelingen verrichten. Daarnaast zorgt het voor afleiding van de aandacht. Het gerechtshof gaf op basis van deze overwegingen de kantonrechter gelijk. De man moet uiteindelijk de boete van € 230,- betalen en hij krijgt ook geen vergoeding van de proceskosten.
Zoek niet de grenzen op. Zorg ervoor dat je je mobiel op ‘niet storen’ zet of echt goed opbergt. Zo ga je ongestoord onderweg!
Bron: Verkeersnet